Meer dan 1 op de 10 werknemers in België (13%) neemt voor de woon-werkrit geregeld de fiets. Het woon-werkfietsen verdubbelt op vijf jaar. Ook het openbaar vervoer wint aan populariteit.
Een en ander blijkt uit cijfers van hr-dienstenbedrijf Acerta. Het percentage van werknemers dat regelmatig op de fiets naar het werk rijdt, is in vijf jaar ruim verdubbeld. 13,14% kiest voor zijn woon-werkrit geregeld de fiets. Let wel, dat is het gemiddelde. Tussen de landsdelen zijn er duidelijke verschillen, maar de populariteit van de fiets stijgt in heel België.
Dirk Wijns, director Acerta Consult, verklaart de populariteit van de fiets als vervoersmiddel voor woon-werk, vanuit een bredere interesse: "Milieu, fijnstof, CO2... zijn maatschappelijk en politiek hot topics. Dat zorgt ervoor dat de fiets terrein wint tegenover de auto. De fiets zelf is zichtbaar gegroeid, denk maar aan de elektrische fiets en aan allerlei fietsvarianten zoals de step. Ook de arbeidsmarkt is mee in het verhaal, daar is actief ingezet op fietsleasing. Al die factoren samen hebben dus duidelijk hun effect.”
De meest enthousiaste fietsers zijn de Vlamingen, van hen fietst 15,24% geregeld tussen thuis en werk. Koploper is Antwerpen, snelste groeier is Limburg: een op de vijf Antwerpse werknemers fietst en in Limburg ging het percentage maal drie. Waar de fiets al populair was, wordt hij alleen maar populairder. Dat de fiets het minst populair is in Wallonië is dan weer niet onlogisch gezien de grotere afstanden en de hoogteverschillen daar. Brussel krijgt 3,73% van de werknemers regelmatig op de fiets, daar wordt het pad geëffend.
Opvallend: de stijging van 6% naar 13% fietsende werknemers geldt zo goed als voor alle leeftijdscategorieën, met uitzondering van de oudsten (+63-jaar). Maar de 50-plusser fietst dus nog net zo vaak als de min-35-jarige.
De gemiddelde leeftijd van de woonwerkfietser ligt ondertussen op 41 jaar en 4 maanden – dat was in 2013 nog 40 jaar.
De woonwerkfietser fiets wat verder dan een paar jaar geleden. In 2013 woonde drie kwart van de fietsers binnen een straal van 10 km van het werk, in 2018 is die groep geslonken tot 62%.
De groep die meer dan 30 km naar het werk fietst, groeide in diezelfde tijd van 5,5% naar 9,8%. Die toename is mede toe te schrijven aan het succes van de elektrische fiets. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat de gemiddelde gefietste woon-werkafstand in vijf jaar is gestegen van 7,3 naar 9,4 km. De mediaan ging van 5 naar 6 km.
Dirk Wijns legt uit: “Klimaatopwarming, dagelijkse files naar het werk, bewuster omgaan met mobiliteit, de elektrische fiets; het zijn allemaal elementen die werknemers doen beslissen om ook al eens de fiets te gebruiken voor de verplaatsing naar het werk. Werkgevers zetten hierop ook in door de nodige infrastructuur beschikbaar te stellen, eventueel zelfs door bedrijfsfietsen aan te bieden."
Ook de fietsvergoeding is voor veel mensen een trigger om de overstap naar de fiets te maken. Dirk Wijns: "Wanneer een werknemer regelmatig een woon-werkafstand van 10 kilometer overbrugt met de fiets, dan kan hij of zij een netto-fietsvergoeding tot 920 euro op jaarbasis ontvangen."
Een eveneens groeiende groep werknemers neemt de trein, bus, tram of metro naar het werk. Die groei moeten we wel relativeren: gemiddeld plus 51% in vijf jaar is een heel pak minder dan wat de fiets doet.
Het absoluut belang van het openbaar vervoer blijft beperkt: nog altijd maar 4,15% van de werknemers kiest ervoor. Eén regio steekt er met kop en schouders bovenuit: Brussel. Bijna een op de zes werknemers in Brussel springt geregeld op de bus, trein, tram of metro en de groei van 71,75% is de grootste – op Limburg na. Maar die provincie had dan ook een grote achterstand in te halen, wat het nu heeft gedaan.
Wie zijn die werknemers op de metro of bus? Arbeiders, bedienden, mannen, vrouwen ... voor de keuze voor het openbaar vervoer maakt het weinig verschil. En de leeftijdscurve ziet er voor 2018 nog net zo uit als voor 2013: een piekje onder de 23- tot 33-jarigen en een heel geleidelijke daling daarna. Maar wat het belangrijkste is om de duurzaamheid van deze evolutie te voorspellen: de verhoogde interesse voor het openbaar vervoer komt van alle leeftijden. De gemiddelde leeftijd van de Belgen die met het openbaar vervoer naar het werk rijden is opgeschoven van 38 naar 39 jaar.
Verdoe jij ook te veel tijd met het opvolgen van alle nieuwtjes in je feed? No worries, wij verzamelen alles wat nieuw is in de hr-wereld. Al die nieuwtjes komen wekelijks in jouw mailbox terecht.
