Privacyverklaring

Voka vraagt duidelijke en werkbare regels

22 september 2020
Tekst
Jo Cobbaut

In de context van verslechterende coronacijfers vraagt werkgeversorganisatie Voka de Nationale Veiligheidsraad om duidelijke, werkbare en realistische regels inzake quarantaine.

Voka denkt dat maatregelen nodig zijn, maar ook dat “tal van maatregelen hun doel voorbij schieten”.

Quarantaine voor ploegen die professioneel in rode zone werken

Verplaatsingen naar een rode zone in het buitenland zijn in het kader van professionele activiteiten toegelaten. Echter, wie langer dan 48 uur in het buitenland verblijft voor zaken en terugkeert, moet zich laten testen en in quarantaine gaan. Heel veel West-Vlaamse ondernemingen werken tijdens de week enkele dagen op verplaatsing over de grens in Nederland of Frankrijk (bv. montageploegen, serviceploegen). Zij verblijven enkel voor professionele doeleinden in het buitenland, nemen alle voorzorgsmaatregelen en respecteren ten volle de hygiëne- en veiligheidsvoorschriften. De verplichting tot quarantaine legt een onderneming op die manier evenwel lam. Dit is economisch niet werkbaar en heeft een impact op honderden, zo niet duizenden medewerkers en ondernemingen. Deze regeling moet dringend worden aangepast.

Duidelijker communicatie rond testing

Ook de onduidelijke communicatie omtrent de testing- en quarantaineregels zorgt vaak voor onwerkbare situaties. Veel huisartsen plaatsen gezinnen voor minstens 48 uur in quarantaine. Uit voorzorg, maar zonder aantoonbare reden of rechtsgrond. Dit voorbarig voorschrijfgedrag van artsen, bovendien vaak via een louter telefonisch contact, is absoluut niet werkbaar voor onze ondernemingen. Ondernemingen staan hiertegen machteloos. Het brengt de continuïteit van veel bedrijven in het gevaar, net op een moment dat ze alles in het werk stellen om te overleven. En dan moet de ‘verkoudheidpiek’ nog komen deze winter. “Deze aanpak moet beter worden geregeld”, benadrukt Bert Mons, gedelegeerd bestuurder van Voka West-Vlaanderen. “We moeten de juiste balans vinden tussen gezondheid en economie, zonder het een ondergeschikt te maken aan het ander.”