Privacyverklaring

Vermogensopbouw voor pensioen gemiddeld kwart lager voor vrouwen

14 november 2022
Tekst
Jo Cobbaut
Beeld
Foto door Anna Shvets - pexels

Vrouwen bereiken gemiddeld slechts 74% van het door mannen opgebouwde vermogen wanneer zij met pensioen gaan. De verschillen in de geanalyseerde landen, variëren van 60% in het slechtste geval, tot 90% in het beste geval.

Een en ander blijkt uit het WTW Global Gender Wealth Equity rapport. In Europa is de gemiddelde vermogenskloof tussen mannen en vrouwen het kleinst van alle regio's in de wereld: vrouwen zullen bij hun pensionering naar verwachting iets meer dan driekwart (77%) van het vermogen van mannen hebben opgebouwd.

België

België heeft met 75% een van de grotere vermogenskloven tussen mannen en vrouwen in Europa, één procent boven het wereldwijde gemiddelde en twee procent onder het Europese gemiddelde. België ligt 5 procent boven Nederland (70%), dat de grootste kloof in Europa heeft. De kloof in Frankrijk is ook 75%.

Angel Hoover, hoofd Benelux, WTW, wijst erop dat veel factoren bijdragen tot deze ongelijkheid, waaronder

  • de loonkloof tussen mannen en vrouwen,
  • verschillen in financiële kennis en
  • uitgestelde carrières vanwege mantelzorg.

Angel verwelkomt elk debat over de vermogensgelijkheid tussen mannen en vrouwen, “maar de discussie moet ook gaan over het vermogen van vrouwen tijdens hun loopbaan en bij hun pensionering."

Anciënniteit

Het onderzoek laat ook zien dat de vermogenskloof toeneemt met de anciënniteit. Wereldwijd bereiken vrouwen in hogere expert- en managementfuncties minder dan twee derde (62%) van het geaccumuleerde vermogen van hun mannelijke tegenhangers bij pensionering. Voor professionele en technische functies op mid-level is de kloof met 69% nog steeds aanzienlijk, maar voor operationele eerstelijnsfuncties neemt deze aanzienlijk af tot 89%.

Wereldwijd ligt de vermogenskloof tussen mannen en vrouwen in de VS met 75% net boven het wereldwijde gemiddelde, Canada doet het met 78% iets beter. In Europa heeft Spanje met 86% de laagste vermogenskloof tussen mannen en vrouwen, op de voet gevolgd door Oostenrijk, met 84% en Denemarken en Noorwegen met 81%.

ESG

Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat er steeds meer aandacht is voor het tegengaan van genderdiscriminatie door de bewustwording op het gebied van milieu, maatschappij en bestuur (ESG). Ook inspanningen van bedrijven om diversiteit, gelijkheid en inclusie te bevorderen, hebben geholpen om de loonkloof tussen mannen en vrouwen en de ondervertegenwoordiging van vrouwen in bestuurs- en leidinggevende functies te verkleinen. Toch moet er nog meer worden gedaan.

Manjit Basi denkt dat de geaccumuleerde rijkdom bij pensionering moet worden gekwantificeerd.

Het WTW Global Gender Wealth Equity rapport is een vervolg op een samenwerking tussen het World Economic Forum (WEF) en WTW eerder dit jaar, waarbij de eerste inzichten in de vermogenskloof werden gepubliceerd in het Global Gender Gap Report.

Vermogensopbouw bij pensionering als ultiem criterium

De WTW Wealth Equity Index (WEI) is ontwikkeld in samenwerking met het World Economic Forum. Het onderzoek analyseerde de kwantitatieve en kwalitatieve aspecten van gendervermogensongelijkheid, met diepgaande analyses in 39 afzonderlijke landen.

Eerdere genderonderzoeken focusten op één aspect: beloning, loopbaan, pensioen en levensduur of personeelsvertegenwoordiging. Alleen door te kijken naar geaccumuleerde rijkdom, houden we rekening met de effecten van vele onderling verweven ongelijkheden, waaronder loon, loopbaanontwikkeling, financiële kennis en gebeurtenissen tijdens een werkzaam leven. En dit alles kunnen we meten aan de hand van één criterium: het opgebouwde vermogen bij pensionering.