Privacyverklaring

Levenslang leren komt er maar niet

24 september 2019
Tekst
Jo Cobbaut

Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, vraagt wanneer we nu eindelijk de impact gaan voelen van levenslang leren. “Er wordt al decennia over gepraat, aan opleidingen en budget ontbreekt het niet, maar toch blijft echte impact uit”, zegt Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder van Voka.

Voka publiceert een paper over levenslang leren. “Onze ondernemingen betalen gemiddeld zo’n 1.400 euro opleidingskosten per werknemer, driemaal meer dan het Europees gemiddelde. Alleen Denemarken doet beter. Ook vanuit de overheid vloeit er heel wat budget naar opleidingen voor volwassenen. Met zeker 4.000 opleidingen is dat opleidingsaanbod te versnipperd”, zegt Hans Maertens.

Toch maakt levenslang leren geen school: volgens de OESO lopen we ver achter. In de Scandinavische landen is bijna een kwart van de 30-plussers ingeschreven in het hoger onderwijs. België zit in de staart van het peloton met minder dan tien procent.

Noodzakelijke hefboom

Nochtans zullen de ondernemingen de komende jaren alle talent hard nodig hebben. “Voor elke job die verdwijnt, komen er naar schatting 3,7 jobs bij, terwijl de beroepsbevolking stagneert en op korte termijn zelfs krimpt door de vergrijzing. Zonder bijkomende maatregelen zullen hierdoor tegen 2030 zo’n 584.000 vacatures niet ingevuld raken”, zegt Hans Maertens, verwijzend naar een recente studie van Agoria.

De krapte dwingt ondernemingen om meer gebruik te maken van het aanwezige talent. Maar ook de noodzaak om langer te werken en de digitale revolutie maken dat werknemers hun skills voortdurend moeten bijschaven.

Vijf voorstellen

Om van levenslang leren een succes te maken, schuift Voka vijf maatregelen naar voren waarbij zowel overheid, werkgevers als (toekomstige) werknemers hun verantwoordelijkheid moeten opnemen.

  1. Maak werk van een Vlaams ‘workforcerapport’. Breng in kaart welke jobs het hoogste risico lopen om te verdwijnen of drastisch te veranderen. Doe hetzelfde met de nodige opleidingsinspanningen. Vertrek van een digitaal competentiepaspoort om te zien hoe groot de kloof zal zijn met de nieuwe functies. Zo maak je de leervraag duidelijker én de kosten voor alle partijen.
  2. Bundel de krachten én financiële middelen in een transitiefonds. Laat sectoren, ondernemingen, publieke aanbieders samenwerken. Via een transitiefonds kan worden ingezet op om- en bijscholing van de beroepsbevolking rond sectoroverschrijdende noden zoals IT’ers, data-analisten, cybersecurity, operatoren, technici, verzorgenden en verpleegkundigen.
  3. Zet in op vorming en voorkom ontslag. Wend hiervoor de middelen voor ontslagvergoeding en outplacement deels aan voor opleiding en hervorm de wet Renault.
  4. Voer een doordachte leerrekening in, een virtueel portaal waarbij de betrokken werknemer in één oogopslag ziet hoe het staat met zijn loopbaan en zijn al dan niet uitgeputte rechten. Een soort ‘MyPension’, maar dan voor vorming waarbij de middelen uit verschillende hoeken komen.
  5. Stimuleer de publieke onderwijsinstellingen om meer rekening te houden met werkende lerenden. Laat hen een flexibeler aanbod voorzien op vlak van levenslang leren. Ook voor digitaal en afstandsleren.

De Voka Paper ‘Levenslang leren, samen beter presteren!’ (Sonja Teughels en Jonas De Raeve).  online.