Privacyverklaring

Geldt thuiswachtdienst als arbeidstijd?

1 april 2020
Tekst
Gastauteur

In haar arrest van 20 januari 2020 (AR 2012/AB/592) werd het arbeidshof van Brussel ertoe gebracht een antwoord te geven op deze vraag, nadat ze voorafgaandelijk verschillende prejudiciële vragen had gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Unie.

Een van de vragen waarover het Hof van Justitie met name uitspraak moest doen, was de volgende: verhindert richtlijn 2003/88 van 4 november 2003 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd dat de tijd van de thuiswachtdienst als arbeidstijd wordt beschouwd wanneer de mogelijkheid om andere activiteiten te ondernemen voor de werknemer tijdens de wachtdienst zeer sterk beperkt is (zo is hij verplicht om binnen 8 minuten te reageren op de oproepen van de werkgever) en ook al is de werknemer thuis tijdens de wachtdienst?

Arbeidstijd

In dit geval oordeelde het Hof van Justitie dat "de thuiswachtdienst die een werknemer moet verrichten, waarbij deze verplicht is om binnen 8 minuten gehoor te geven aan oproepen van zijn werkgever – waardoor de mogelijkheid om andere activiteiten te ondernemen zeer sterk beperkt is – als 'arbeidstijd' moet worden aangemerkt".

In dit geval ging het om een vrijwillige brandweerman. Na het antwoord van het Hof van Justitie in herinnering te hebben gebracht, legt het arbeidshof van Brussel in haar arrest de nadruk op de verplichting van de betrokken brandweerman om zijn woonplaats of verblijfplaats te vestigen op een plaats die niet meer dan 8 minuten van de brandweerkazerne verwijderd is en om tijdens zijn wachtdienst geen andere activiteiten te verrichten dan die welke hem in staat stellen de brandweerkazerne binnen die termijn te bereiken.

Het hof benadrukt ook dat deze verplichting wel degelijk moet worden nageleefd en dat er wanneer dit niet gebeurt tuchtmaatregelen worden getroffen, en ten slotte dat er een procedure bestaat waarmee de brandweerman zich indien nodig vooraf kan laten vervangen.

Voor het arbeidshof van Brussel moeten wachtdiensten in dit geval dus als arbeidstijd worden beschouwd.

Uit het bovenstaande kan uiteraard niet worden afgeleid dat elke periode van thuiswachtdienst als een wezenlijk onderdeel van de arbeidstijd moet worden beschouwd. Om deze vraag te beantwoorden, moet rekening worden gehouden met de feitelijke omstandigheden, waarbij de tijd die de brandweerman krijgt om naar de brandweerkazerne te gaan, van doorslaggevend belang is in het kader van de zaak die aan het arbeidshof van Brussel werd voorgelegd.

Frédérique Gillet
Lead Lawyer DLA Piper