Privacyverklaring

“Er is geen tekort aan verpleegkundigen”

20 december 2022
Tekst
Jo Cobbaut
Beeld
ARTEM PODREZ - PEXELS

Er is geen tekort aan verpleegkundigen.De woorden van Johan Staes zullen velen verbazen, maar sectorgenoten begrijpen toch wat de ceo van Vlozo bedoelt.

HRmagazine noteerde de uitspraak toen we Johan Staes een reactie vroegen op recente maatregelen van de Vlaamse regering rond zorgpersoneel in de ouderenzorg. De ceo van het Vlaams Onafhankelijk Zorgnetwerk (Vlozo) vindt dat een stap vooruit: “Nu kunnen onze leden andere profielen aanwerven zoals orthopedagogen, filosofen en muziek-, dans-, en bewegingstherapeuten, theologen ... Woon-zorgcentra (WZC) kunnen meer focussen op de begeleiding van bewoners en niet strikt op de zorg. In woon-zorgcentra wordt ook gewoon geleefd. Voor een kwaliteitsvol leven is er nood aan specifieke medewerkers die zo’n omkadering aanbieden.” Het is te vroeg om de effecten van deze wijziging vast te stellen op de werkvloer.

Potentieel beter benutten

Maar “het nijpendste tekort is dat aan verpleeg- en zorgkundigen. Ook logistieke medewerkers, kinesisten en ergotherapeuten vinden en houden wordt moeilijker.” Maar meteen verbaast Johan Staes ons met OESO-cijfers. “Die tonen aan dat we vandaag in België geen tekort hebben aan verpleegkundigen. We moeten het bestaande potentieel aan verpleegkundigen efficiënter inzetten. Dit vereist een aanpassing van de wet.”

Hij heeft het over KB 78, nu de gecoördineerde wet op de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen. Door dat KB 78 zijn de toegestane handelingen van de specifieke zorgberoepen te strikt afgelijnd. Zo mag alleen een verpleegkundige steunkousen helpen aantrekken in ziekenhuizen. In een woon-zorgcentrum mag een zorgkundige dat doen.

Potentieel beter benutten

Johan Staes: “Er moet een verbeterd en duidelijk kader komen met afspraken over hoe en waar woon-zorgcentra gespecialiseerde mensen moeten inzetten. Zo kunnen we het potentieel beter benutten. Dit geldt ook voor de ziekenhuizen. Mochten ziekenhuizen een aantal taken naar zorgkundigen of logistieke assistenten delegeren, dan konden verpleegkundigen meer tijd zinvoller vanuit een zorgperspectief spenderen. Een mantelzorger die privé iemand ondersteunt, mag in de thuisomgeving zorgtaken opnemen. Maar in een woon-zorgcentrum mogen alleen maar mensen met de vereiste diploma’s dat doen.” Er zijn zo nog wel wat voorbeelden te bedenken: een zorgkundige mag een maaltijd naar een bewoner met slikproblemen brengen, maar de assistentie tijdens de maaltijd moet gebeuren door een logopediste.

Een heilig huisje

Ook Paul Van Tendeloo, algemeen directeur bij Woonzorg Emmaus, zou graag het fameuze KB 78 aangepast zien. “We moeten de kans geven aan diverse medewerkers om diverse taken uit te voeren. Dat wordt overbeschermd en is een beetje een heilig huis, maar bij een tekort moeten we de zaken ruimer zien.”

Ook Klaartje Theunis, directeur personeel & organisatie bij de koepelfederatie Zorgnet-Icuro, pleit voor “functie- en taakdifferentiatie. Verpleegkundigen doen nog te veel niet-verpleegkundig werk. Een aantal zaken kun je gerust doorgeven aan anderen, mits die mensen daarvoor zijn opgeleid. Door nu een aantal handelingen voor te behouden voor zorgkundigen en verpleegkundigen, verscherp je de schaarste. Een voorbeeld: Een partner zorgt voor zijn demente echtgenote en doet alles, inclusief medicatie geven. Als die persoon in het woon-zorgcentrum terechtkomt, mag die partner dat plots niet meer doen. Dat is jammer.” Nog een voorbeeld: een opvoeder in een jongerenvoorziening mag wat basismedicatie geven, maar niet meer als die opvoeder in een psychiatrische instelling werkt. “Dat kun je niet blijven uitleggen in tijden van ongelooflijke krapte. We moeten daar het geheel van de taken verfijnen en de wet daaromtrent uitbreiden en versoepelen. Laat het coördineren over aan de verpleegkundige.”

Samenwerken

Paul Van Tendeloo stelt nog dat kleinere leefgroepen tijdens de coronacrisis hun nut bewezen hebben. Maar ook dat vergt meer handen dan grotere werkgroepen. Bovendien pleit hij voor meer projecten over de muren heen. “In Brussel zijn de muren blijven staan. We zouden graag en goed samenwerken met federale partijen, maar we mogen elkaar niet bijstaan en dat is jammer in tijden van schaarste. De normen moeten aangepast worden zodat federaal en Vlaams kunnen samenwerken.”

Zelf opleiden

In deze context pleit Paul Van Tendeloo ook voor een betere – lees ‘eigen’ – vorming voor logistieke medewerkers. “In de praktijk merken we dat de opleidingen veel te veel tijd in beslag nemen. Daarom stellen we voor om zelf de logistieke medewerkers op te leiden via een tiendaagse training. We deden dat al eerder met het CVO van Mechelen. We hebben nu een dertigtal logistieke medewerkers die perfect functioneren en waar we heel tevreden over zijn. Heb vertrouwen in ons en laat ons zelf logistieke medewerkers opleiden.”

Klaartje Theunis van de koepelfederatie Zorgnet-Icuro is het daarmee eens. “Opleiding op de werkvloer is waardevol. Wij zijn ervan overtuigd dat wie kan bewijzen dat de juiste middelen en mensen er zijn, dat best zelf kan doen. Dan hoef je geen mensen lange tijd naar opleidingen te sturen.”

Opbranden

Ondertussen haken steeds meer zorgverstrekkers af, zo ziet Klaartje Theunis. “De mensen zijn vaak overbevraagd en hun batterijen zijn leeg. Het adrenalineshot van de coronaperiode is over en medewerkers haken massaal af. Soms zien we ze zelfstandige worden in onze sector, maar steeds meer doen onze medewerkers iets totaal anders.”

HBO5-profielen en bachelors

Johan Staes stelt ook nog vast dat viceminister en minister van Sociale zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke een onderscheid maakt tussen HBO5-verpleegkundigen, die hij ziet als de profielen voor de thuiszorg en de woon-zorgcentra, en de bachelors, volgens hem geschikt voor ziekenhuizen. Dat betwist Staes. “We hebben in een woon-zorgcentrum ook nood aan gespecialiseerde verpleegkundigen, bijvoorbeeld de geriatrische verpleegkundige. We moeten maken dat zorgmedewerkers niet overwerkt raken en afhaken. Dat is wat we vandaag zien. Uit onze bevraging blijkt dat er in woon-zorgcentra een gemiddeld absenteïsme is van 3,9 vte’s per zorgvoorziening. Laat ons samen, werkgevers, werknemers en overheden, werken aan structurele oplossingen voor dit steeds groter wordende probleem.”